Om de circulaire transitie ruimtelijk mogelijk te maken, is het nodig dat er ruimte is voor verschillende circulaire hubs op vijf soorten strategische locaties: multimodaal bereikbare HMC (Hoge Milieu Categorie)-terreinen, watergebonden bedrijventerreinen, industriële clusters, bedrijventerreinen aan de rand van steden, en locaties nabij ov-punten en winkelcentra. Met alle andere ruimteclaims die spelen, moeten overheden daar nu op voorsorteren. Dit kan niet alleen aan gemeenten en provincies worden overgelaten.
De beschikbaarheid van fysieke ruimte dreigt een knelpunt te worden in de transitie naar een circulaire economie (CE). Tot op heden hebben slechts enkele overheden ruimtelijke strategieën of beleid ontwikkeld voor de circulaire economie, schrijven Trudy Rood, Emil Evenhuis, Frank de Feijter en Cees-Jan Pen. Dit is zorgwekkend, aangezien bedrijven en overheden nu al beslissingen nemen over de herinrichting van steden, dorpen, bedrijventerreinen, havens en woon-werkgebieden, zonder voldoende aandacht voor de ruimte die nodig is voor circulaire activiteiten. Er dreigt eenzelfde blinde vlek als in de energietransitie, waar het overbelaste energienetwerk te laat werd opgemerkt als bottleneck. Nu dreigt dit te gebeuren met de beschikbaarheid van ruimte voor de circulaire transitie.
In de ruimtelijke ordening kan niet alles overal meer worden toegestaan. Naast de ruimteclaim vanuit de circulaire economie zijn er andere urgente opgaven zoals woningbouw, warmtenetten, windmolens, natuur, en waterberging. Deze ruimteclaims zijn vaak concreter dan die voor de circulaire economie, waar de ruimtevraag nog onvoldoende in kaart is gebracht. Vooral in de Randstad is de druk groot om werklocaties te transformeren voor woningbouw, wat de beschikbare ruimte voor circulaire bedrijvigheid verder beperkt. Dit onderstreept de noodzaak om tijdig na te denken over ruimte voor circulaire activiteiten.
Eenzelfde blinde vlek dreigt als bij de energietransitie
De noodzaak van circulaire hubs
De circulaire economie zal gestalte krijgen via verschillende typen ‘circulaire hubs’, die op strategische locaties in Nederland moeten komen. Deze hubs zullen plekken zijn waar diverse circulaire activiteiten, zoals productie, reparatie, hergebruik en verwerking van materialen, worden samengebracht. Door nu strategische keuzes te maken over de locaties van deze hubs, kan de ruimtelijke inpassing van de circulaire economie worden gewaarborgd.
De belangrijkste locaties voor deze hubs zijn: bedrijventerreinen met een hoge milieucategorie, watergebonden bedrijventerreinen, industriële clusters, bedrijventerreinen aan stadsranden, en locaties nabij openbaar vervoersknooppunten en winkelcentra. Het is van cruciaal belang dat deze locaties behouden blijven voor circulaire activiteiten en niet worden omgevormd naar andere functies zoals woningbouw of lineaire logistiek.
We werken de hubs op de vijf typen strategische locaties verder uit en geven aan wat gemeenten en provincies nu al doen om de circulaire economie ruimtelijk in te passen op deze locaties.
1. Bouw-, recycling- en revisiehubs op HMC-locaties
In de circulaire economie is er veel behoefte aan goed bereikbare terreinen met een hoge milieucategorie (HMC), zoals havens in Rotterdam, Amsterdam en Moerdijk. Op deze locaties kunnen grootschalige recyclingactiviteiten, materialenbanken en revisie- en reparatiebedrijven gevestigd worden, bijvoorbeeld voor producten met gevaarlijke stoffen zoals batterijen. Stichting Kennisalliantie Bedrijventerreinen Nederland (SKBN) schat dat alleen al bouwhubs en verwerking van sloopafval kunnen leiden tot een extra ruimtevraag van 870 hectare.
Een groot knelpunt is dat er steeds minder van deze terreinen beschikbaar zijn, doordat ze worden ingezet voor andere doeleinden. Locaties zoals de Zaanse Achtersluispolder en Spoorzone Beverwijk staan onder druk in grootstedelijke gebieden. Het ontwikkelen van nieuwe terreinen kan tientallen jaren duren, en als bestaande locaties nu worden opgegeven, is dat vaak onomkeerbaar. Het is daarom belangrijk om HMC-locaties nu al te reserveren voor circulaire bedrijvigheid, zoals in Noord-Holland gebeurt, waar industrieterreinen van provinciaal belang zijn aangewezen.
2. Bulkhubs op watergebonden bedrijventerreinen
Bedrijven die grote hoeveelheden materiaal vervoeren of verwerken, zoals afvalverwerkers en circulaire bouwbedrijven, hebben vaak een locatie aan het water nodig. Deze locaties zijn cruciaal vanwege de logistieke voordelen voor transport. Watergebonden bedrijventerreinen zijn echter schaars en aantrekkelijk voor andere bestemmingen zoals woningbouw, wat hun beschikbaarheid voor circulaire activiteiten onder druk zet.
Onderzoek van TU Delft en Vereniging Deltametropool toont aan hoe belangrijk watergebonden terreinen zijn als knooppunten voor circulaire stromen. Locaties zoals de haven van Amsterdam, TPN-West in Nijmegen en bedrijventerreinen in Dordrecht spelen een cruciale rol. Er is dus noodzaak om deze plekken te behouden voor circulaire activiteiten.
Over de auteurs
Trudy Rood en Emil Evenhuis zijn onderzoekers bij het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), Frank de Feijter is onderzoeker Toekomstbestendige Gebouwde Omgeving aan HAN University of Applied Sciences, Cees-Jan Pen is lector Ondernemende Regio bij Fontys Hogeschool.
3. Grondstoffenhubs voor industriële clusters
Circulaire economie speelt ook een grote rol in de toekomst van industriële clusters, zoals in havengebieden en verspreide clusters in steden als Emmen en Veghel. Industriële symbiose, waarbij reststromen van het ene bedrijf worden gebruikt als grondstof door een ander bedrijf, vraagt om geschikte locaties voor verwerking en uitwisseling van grondstoffen.
Voorbeelden van dergelijke initiatieven zijn de Utrechtse Grondstoffencorridor en de Betonketen Amersfoort-Utrecht, waar bedrijven samenwerken aan de circulaire productie van beton. Zulke initiatieven tonen aan dat samenwerking tussen bedrijven, overheden en kennisinstellingen van essentieel belang is voor de circulaire economie. Dergelijke clusters hebben vaak aanzienlijke ruimte nodig, bijvoorbeeld voor verwerkingsfaciliteiten voor biogrondstoffen, wat verder onderstreept hoe belangrijk het is om ruimte te reserveren.
4. Stadshubs op bedrijventerreinen aan stadsranden
Er is in stedelijke gebieden behoefte aan relatief kleinschalige circulaire hubs waar reparatie, revisie en recycling plaatsvinden. Deze locaties moeten goed bereikbaar zijn vanuit de stad, omdat ze logistiek afhankelijk zijn van korte afstanden. Voor dergelijke activiteiten is nabijheid van de stedelijke bevolking essentieel.
Een slimme inrichting van deze bedrijventerreinen is van groot belang, omdat er vaak ook druk is vanuit andere claims zoals woningbouw. In gebieden zoals de Spaanse Polder in Rotterdam en M4H zijn al ruimtelijke eisen gesteld om de circulaire economie te ondersteunen. Gemeenten zouden bij de herontwikkeling van bedrijventerreinen de ruimte voor circulaire activiteiten standaard mee moeten nemen in de planvorming.
Stadslogistiek vraagt om locaties voor circulaire activiteiten
5. Buurthubs bij ov-punten en in woonwijken
Ook kleinschalige buurthubs voor inzameling, reparatie, hergebruik en verhuur van producten worden belangrijker voor consumenten. Voorbeelden zoals het circulaire warenhuis in Leiden en de winkel van waarde in Zwolle tonen hoe dergelijke initiatieven kunnen bijdragen aan circulair gedrag onder burgers.
Het aantal repaircafés groeit ook gestaag, met inmiddels meer dan duizend initiatieven in Nederland. Voor dergelijke buurthubs is het van belang dat ze op goed bereikbare locaties worden gevestigd, dicht bij woonwijken en nabij ov-knooppunten. Dit maakt het voor burgers gemakkelijker om deel te nemen aan circulaire initiatieven, zoals het laten repareren van kapotte goederen.
Overheidsregie noodzakelijk
Om de circulaire transitie te laten slagen is regie van de overheid is van groot belang, niet alleen op lokaal niveau, maar ook op regionaal en nationaal niveau. Het Rijk moet kaders formuleren voor het functioneren van de circulaire economie, en deze doorvertalen naar fysieke ruimte en infrastructuur. Hierbij is het cruciaal dat verschillende typen circulaire hubs op strategische locaties worden gefaciliteerd om te voorkomen dat de transitie naar een circulaire economie stagneert.
Dit verhaal is een verkorte versie van het artikel dat ook is gepubliceerd in het oktobernummer van ROmagazine.